Als zijn dochter hem in paniek belt, haast F.F. (65) zich naar haar flat in Apeldoorn. Daar komt hij in een worsteling met zijn schoonzoon. Hij mag daar volgens de regels niet zijn, maar ligt even later wél bloedend bij de voordeur. In de rechtszaal breekt F. in tranen uit. ,,Het is zo moeilijk.”

Armon Veeneman 07-03-25, 19:00 Laatste update: 07-03-25, 19:35

Het hoofd van F. uit Deventer is gebogen als advocaat Maarsingh het woord heeft. Hij verhaalt in de Zutphense rechtbank over de dochter van F., die ‘een onmogelijke relatie’ zou onderhouden. Met de man die op 26 november 2024 gewond raakt bij een steekpartij, bij een flat aan de Pythagorasstraat in Apeldoorn. Gestoken door zijn schoonvader F.. ,,Hij was ten einde raad”, zegt Maarsingh.

Dat komt door het gedrag van het latere slachtoffer, stelt de advocaat. Hij zou in de woning van de dochter van F. staan, ondanks een door de rechtbank opgelegd locatie- en contactverbod, vanwege meerdere gevallen van huiselijk geweld. Toch wil het stel die avond samen koken. Het loopt volgens Maarsingh opnieuw uit de hand, als de man bij haar om geld vraagt.

Op een verzoek van de vrouw om te vertrekken uit de woning, reageert de man niet, stelt Maarsingh. Als ze de politie wil bellen, zou ze door hem worden bedreigd. Op een gegeven moment lukt het de vrouw wel haar vader te bellen. Die haast zich richting de flat, als hij hoort dat de man zijn dochter wil vermoorden.

Daar gaat het vervolgens helemaal mis.

Geen uitweg

In de gang van de flat ontstaat een worsteling tussen F. en zijn schoonzoon. F. ziet naar eigen zeggen geen andere uitweg dan de man met een aardappelschilmes te steken in zijn borststreek. ,,Hij (F., red.) dacht dat de man naar binnen wilde. Om een mes te pakken en hem te vermoorden”, zegt Maarsingh. ,,Hij wilde hem bang maken.”

F. breekt als het over zijn dochter en de ‘giftige relatie’ gaat. Maarsingh haalt verschillende voorbeelden aan, door de dochter van F. opgesomd in een brief. ,,Je sloeg mij bont en blauw. Hebt mij op de grond gegooid terwijl ik zwanger was van jouw zoon. Toch bleef je doorgaan met slaan en schoppen. En je sloeg mij met riemen.”

Bij F. rollen de tranen over zijn wangen als het over zijn dochter gaat. De handen die eerder nog op zijn benen liggen, houdt hij inmiddels voor zijn hoofd. Met een zakdoekje, gekregen van de parketpolitie, droogt hij zijn tranen. Om daarna zijn hoofd te schudden. ,,Het is zo moeilijk”, zegt F.. ,,Ik heb voor hen (zijn dochter en kleindochter, red.) gevochten.”

Slachtoffer zit ook vast

Volgens Maarsingh was het incident nooit voorgevallen als het latere slachtoffer zich aan het contactverbod had gehouden. Voor het overtreden daarvan zit hij inmiddels vast. Dat F. volgens de advocaat uit zelfverdediging handelde, gaat er bij de officier van justitie niet in. ,,Dat is niet aannemelijk, omdat de dochter toen al niet meer in de woning was.” F. wordt verdacht van poging tot moord.

De officier verzet zich tegen tijdelijke vrijlating. De rechtbank gaat daarin mee en vindt het niet te verantwoorden dat F. voorlopig op vrije voeten komt, mede vanwege mogelijke kans op herhaling. Op 23 mei wordt de zaak inhoudelijk behandeld.