ZUTPHEN/DEVENTER – Was het een nachtelijke ontvoering van Zutphenaar Y. A. uit diens huis, gevolgd door zware mishandeling in de buurt van Almen? Of was het een uit de hand gelopen verzoeningsgesprek, waarbij juist het vermeende slachtoffer A. met een mes zou hebben gezwaaid? Deze lastige vraag moeten de Zutphense rechters beantwoorden voordat zij op 17 juli vonnis wijzen in de zaak tegen de Deventenaren A. O. (28) en de broers A. H. (25) en N. H. (30).
Redactie 04-07-09, 07:00 Laatste update: 31-03-17, 13:43 Bron: destentor
Officier van justitie P. de Boer eiste zware straffen tegen de vermeende ontvoerders en mishandelaars. De officier vroeg de broers ieder twintig maanden celstraf op te leggen, waarvan acht voorwaardelijk, met aftrek van de drie maanden dat ze al in voorarrest zitten. Tegen O., die op vrije voeten is, eiste de officier vijftien maanden, waarvan zes voorwaardelijk.
Rechtbankvoorzitter mr. A.Varenhorst wees op ‘nog bestaande ernstige bezwaren en gronden’ het verzoek van advocaten af om het voorarrest van de broers direct op te heffen. Ze sloot echter niet uit dat de rechters ‘gaandeweg hun besluitvorming’ het tweetal alsnog vóór 17 juli op vrije voeten stellen.
De officier was overtuigd van de schuld van het Deventer trio aan vrijheidsberoving en zware mishandeling, al kon hij niet aangeven ‘wíe precies wát heeft gedaan’. De Boer: “Maar vast staat dat A. flink is geschopt en geslagen en hierbij een middenhandsbeentje heeft gebroken.”
Aanleiding voor het conflict zou mogelijk aangetaste familie-eer kunnen zijn, omdat A. volgens de offcier ‘ongewenst internetcontact’ had gehad met de (getrouwde) vrouw van de zwager van de broers. “Dat kan reden voor een afspraak tussen verdachten zijn geweest om A. onder dwang te ontvoeren en te mishandelen.”
De advocaten Maarsingh en Kwakman vroegen zich verbaasd af waarom de bezorgde vriendin van A. dan niet onmiddellijk alarm had geslagen via 112.
Volgens verdachten – de rol van de slaapdronken O. zou veel kleiner zijn geweest – was A. vrijwillig in hun wagen gestapt. Ze waren naar een donkere plek tussen Eefde en Almen gereden omdat de Zutphenaar de kwestie niet thuis in het bijzijn van zijn vriendin of in een café wilde uitpraten. Bij het uitstappen zou, volgens hen, juist A. grove taal hebben geuit in de richting van het trio en daarna de jongste broer met een mes hebben bedreigd. Dat was voor de oudste broer aanleiding om A. te lijf te gaan. Mogelijk had hij daarbij diens hand verwond. Van opzettelijk verbuigen van de wijsvinger was geen sprake geweest.
Het mes van A. is nooit teruggevonden. Volgens de advocaten was dat mede de schuld van de politie, die er in Almen te laat naar zou hebben gezocht.
Uitspraak op 17 juli.